Voorjaarsnota 2019

Inleiding

Inleiding

Met de Voorjaarsnota 2019 wordt een eerste aanzet gegeven om een doorkijk te geven naar de begroting in meerjarenperspectief. Doel is uiteraard om dit meerjarenperspectief tenminste structureel sluitend te maken.

In de voorliggende Voorjaarsnota wordt op een zestal onderwerpen ingegaan:

  1. Stand van zaken begroting 2019;
  2. Samenvatting mutaties
  3. Stand van zaken dekkingsplan 2019-2022;
  4. Meicirculaire 2019;
  5. Voorgesteld financieel beleid voor komende jaren;
  6. Stand van zaken van de beleidsvoornemens;
  7. Uitgangspunten begroting 2020 en meerjarenraming 2021-2023.
  1. Stand van zaken begroting 2019

In deze Voorjaarsnota zijn de financiële mutaties tot en met april 2019 verwerkt. Het betreft dus een prognose
op basis van het eerste vier maanden van 2019 doorgerekend voor een geheel jaar. Het saldo van de Voorjaarsnota bedraagt afgerond € 493.000 negatief. Uit de mutaties blijkt een structureel nadeel voor 2020 t/m 2022 van respectievelijk € 1,2 miljoen, €1,3 miljoen en € 0,8 miljoen. Deze mutaties zijn afzonderlijk opgenomen in de actualisatie van het dekkingsplan 2019-2022. Daarnaast is het dekkingsplan ook geactualiseerd met de structurele effecten van de inmiddels vastgestelde begrotingswijzigingen (16) in 2019.
Vanwege bestaande risico’s, wensen en eventuele nog komende lastenverhogingen, hebben wij dit saldo vooralsnog verrekend met het begrotingssaldo dat tot de laatste wijziging voor deze Voorjaarsnota nog € 104.000 bedroeg. Na verrekening met het saldo van deze Voorjaarsnota is er nu een begrotingstekort van € 389.000 op een totale begroting van € 69,5 miljoen.

  1. Samenvatting mutaties

Onder het hoofdstuk Budgettaire effecten Voorjaarsnota 2019 wordt een toelichting gegeven op de mutaties die hebben geleid tot het genoemde nadelig saldo. Ook wordt een overzicht gegeven van de mutaties op de stelpost Nader te concretiseren beleidsvoornemens. In de begrotingswijziging is een overzicht opgenomen van de mutaties op de diverse reserves en op welke programma’s deze zijn ingezet.

  1. Meicirculaire 2019

In deze Voorjaarsnota wordt in detail uitgewerkt wat de financiële gevolgen zijn van de meicirculaire 2019. Belangrijk thema in deze circulaire zijn de nadelige ontwikkeling van het accress ten opzichte van de meicirculaire 2018, alsmede de afspraken tussen VNG en het Rijk over het oplossen van de problemen in het sociaal domein en met name de tekorten op jeugdzorg. Voor een verdere gedetailleerde toelichting verwijzen wij u naar het hoofdstuk “Meicirculaire 2019”.

  1. Voorgesteld financieel beleid voor komende jaren

In het coalitieprogramma Samen voor Hulst is afgesproken om in het licht van een sluitende meerjarenbegroting de woonlasten evenredig hierbij te betrekken. Verder is afgesproken dat de reinigingsrechten en rioolheffing kostendekkend horen te zijn, waarbij de uitgaven kritisch worden gemonitord teneinde de woonlasten niet onevenredig te laten stijgen. Het College zal voorstellen doen om voor de meerjarenbegroting 2020-2023 een sluitende begroting aan te bieden.

  1. Stand van zaken van de beleidsvoornemens

Op basis van de in de programmabegroting 2019 afgesproken beleidsvoornemens bij de diverse programma’s wordt in deze Voorjaarsnota gerapporteerd over de voortgang van het bestaand en nieuw beleid, de ontwikkeling van lokale lasten in Hulst en in Zeeland, alsmede van de voortgang van de investeringsprojecten en de ontwikkelingen bij de Verbonden Partijen. Kortheidshalve verwijzen wij u naar deze tabellen.

  1. Uitgangspunten begroting 2020 en meerjarenraming 2021-2023

Elk jaar wordt van de toezichthouder (Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland) een begrotingscirculaire ontvangen waarin de richtlijnen voor het repressief toezicht worden toegelicht. Een van de belangrijkste richtlijnen is een programmabegroting met een structureel sluitend dekkingsplan.
Op basis van de ontvangen richtlijnen worden de uitgangspunten voor de nieuwe begroting 2020 en meerjarenraming 2021-2023 uitgewerkt. De voorstellen hiertoe worden in het hoofdstuk “Uitgangspunten begroting 2020” weergegeven. Deze uitgangspunten zullen de basis vormen voor de ontwerpbegroting 2020 welke u in de werkvergadering van 3 oktober 2019 zal worden aangeboden om daarna in de raadsvergadering van 7 november 2019 te worden vastgesteld.

ga terug